1912 – 1913: Eerste Balkanoorlog
- Brent ruben
- 25 mei 2023
- 2 minuten om te lezen
In 1912 was het Ottomaanse Rijk door de revolutie van 1907-1908, een Albanese opstand en door de Italiaans-Turkse Oorlog van 1912 ernstig verzwakt. Voor de Balkanstaten Servië, Griekenland, Montenegro en Bulgarije was dat een gelegenheid om de Balkan geheel te ontdoen van de resten van de Ottomaanse heerschappij. Door Russische diplomatie was reeds een alliantie ontstaan, die Rusland eigenlijk als tegengewicht tegen Oostenrijk-Hongarije bedoeld had. De Balkanlanden hadden echter andere plannen, waar een geheime militaire clausule in het verdrag geen twijfel over liet bestaan. Op 8 oktober 1912 verklaarde Montenegro de oorlog aan het Ottomaanse Rijk. De partners op de Balkan volgden enige dagen later.
De Serviërs rukten razendsnel op in Macedonië en wisten Kumanovo en Skopje te bezetten. Ze bezetten ook de Sandžak van Novi Pazar, waarmee ze contact maakten met de Montenegrijnen. De Bulgaren bezetten ook een deel van Macedonië en rukten op naar Thessaloniki en Constantinopel. De Grieken trachtten in Macedonië hun deel van de buit binnen te halen en rukten ook op naar Thessaloniki. Bij Bitola in Macedonië werden ze echter als enige door de Ottomanen verslagen, waardoor de geïrriteerde Serviërs de belegering van het stadje moesten overnemen. Uiteraard behielden ze de stad voor zichzelf. De Grieken wisten echter wel de hoofdprijs binnen te halen: ze bezetten Thessaloniki, net enkele uren voor de Bulgaarse Rila-divisie arriveerde. Aangezien degene die als eerste de stad bezette, deze mocht houden, was Thessaloniki voor de Grieken.
De Bulgaren rukten op tot 50 kilometer voor Constantinopel. Het kanonvuur was in de stad te horen en de Ottomaanse sultan Mehmet V ontvluchtte de stad. Tsaar Ferdinand zou echter de stad niet mogen bezetten: de Ottomanen hielden stand, geholpen door een politiemacht uit het Verenigd Koninkrijk en Rusland.
In minder dan twee maanden tijd verloor het Ottomaanse Rijk bijna alle Europese bezittingen aan de Balkanlanden. Op 3 december 1912 tekenden Servië, Montenegro en Bulgarije een wapenstilstand met het Ottomaanse Rijk, maar Griekenland bleef de oorlog voortzetten. De vredesbepalingen werden door het Ottomaanse Rijk echter onacceptabel bevonden en begin 1913 kwam het tot een staatsgreep. De gevechten laaiden daardoor weer op. Op 19 april werd er een nieuwe wapenstilstand overeengekomen.
Onder bemiddeling van de Europese grootmachten werd op 30 mei te Londen het vredesverdrag ondertekend. Het Ottomaanse Rijk zou zich grotendeels uit Europa terugtrekken.
Tijdens de Eerste Balkanoorlog had Albanië de zelfstandigheid uitgeroepen (op 28 november 1912, te Vlorë), maar de andere Balkanstaten waren niet van zins dat te erkennen en Griekenland, Servië en Montenegro maakten aanspraak op grote delen van het Albanese gebied.
Strijdende partijen
Servië
Montenegro
Griekenland
Bulgarije Ottomaanse Rijk
Gesteund door
Oostenrijk-Hongarije
Comments